Merel
van de
Langkruis
Delta (X)
De scenografie bepaalde de atmosfeer van de opera. Er vindt een continue ontwikkeling plaats waarbij vrij bewogen wordt. Geen rechte lijn van begin naar einddoel. Rijdende platformen waarop de mensheid en de natuur in beweging, geluid en materiaal samen komen. Metalen constructies en instrumenten die bespeeld en beklommen worden. Planten die net uitkomen tot en met een stam die al jaren dood is. Water dat druppelt in de steeds natter wordende aarde. En spiegeling die je nog verder of juist dichterbij doet kijken. Je ziet nooit alles en iedereen ziet het anders.
Er is een nauwe samenhang tussen scenografie, muziek en mime. De muziek wordt zichtbaar doordat ze deel is van de scenografie, de scenografie wordt door de mime in beweging gebracht.
Ook de samenwerking binnen de groep was heel hecht. Er was geen heldere scheidslijn tussen de disciplines. Dit bracht voor mij voornamelijk een hele prettige en open samenwerking met de regisseur. Dat paste heel goed bij ons concept.
Ik heb tijdens dit project mijn verlangen naar een continue ontwikkeling tijdens mijn ontwerpproces vol ingezet. Van begin af aan ben ik ruimtelijk gaan ontwerpen, door veel materiaalonderzoek te doen en te kijken wat de vormen en materialen met de ruimte en de mensen om me heen deden. Dit heb ik doorgezet tot en met de repetities. Ik wilde ervaren hoe de reactie tussen de mime en mijn werk is, terwijl we beiden nog in ontwikkeling waren. Dit bracht de mime en de scenografie nog dichter bij elkaar en bracht ook tussen ons een open samenwerking.
Branden
Delta (x)
'Branden' gaat over een tweelingbroer en -zus die het testament van hun overleden moeder ontvangen. Zij heeft al jaren niet meer gesproken en vraagt in het testament aan haar kinderen hun familiegeschiedenis te achterhalen. De een met de vraag op zoek te gaan naar hun vader. De ander om op zoek te gaan naar hun broer, van wie ze tot nu toe niet van het bestaan wisten.
Ik ben gaan ontwerpen vanuit de rol van tweelingbroer Simon. Hij is een personage met veel heftige emoties en impulsieve beslissingen. Zijn sterke emoties en gedrag brachten mij dichter bij het stuk. Ik herkende zijn keuzes en voelde me emotioneel met hem verbonden. Daarom besloot ik juist vanuit hem te ontwerpen. Om zo zijn emoties te versterken op een manier dat zijn gevoel op het publiek kon worden overgedragen.
Ik heb zijn ontwikkeling proberen te grijpen door de scenografie in drie stappen te laten veranderen op de momenten waar hij een grote ontwikkeling doormaakt.
De vragen die ik tijdens de bouwprobe met me mee bracht waren:
Wat voor impact kan het hebben hele grote objecten boven spelers te hangen? Het zijn open vormen maar ze zijn wel zwaar. Zou er ondanks die open vorm toch nog een voelbaar gewicht (gevaar) boven hun hoofd hangen?
Hoe werkt het om met licht en met gaas te spelen? hoe speel ik met zichtbaarheid voor en achter het gaas? Hoe creëer ik verschillende sferen met licht?
Wat is de impact van live muziek?

Ik heb de sprong in het diepe genomen om onderzoek te doen naar mijn verzwegen familiegeschiedenis. Deze zoektocht heb ik samengebracht met een onderzoek naar doorgegeven trauma’s in families. Hier ontstond later de vraag uit, of zo’n patroon van doorgeven valt te doorbreken. en of ik bij mezelf en misschien zelfs met mijnmoeder een begin kan maken met het doorbreken van dat van ons.
Na dit onderzoek - en nadat ik van mijn moeder en mijn oma de verhalen gehoord had over mijn oma’s jeugd in Nederlands-Indië en de jaren erna in Nederland - heb ik een theatraal experiment opgezet. Het experiment ging over het doorbreken van trauma, het doorbreken van het zwijgen en het doorbreken van de angst om dicht bij elkaar komen. Ik ben dit samen met mijn broertje en moeder aangegaan.
We zeiden niets en keken altijd in elkaars ogen. Hoe dicht mogen we bij elkaar komen? We liepen over een lijn heen. Blijf je op de lijn of durf je hem te doorbreken om dichter bij de ander te komen? Of stap je als gevolg daarvan er vanaf om de afstand weer te vergroten?
touch me
Dit onderzoek heb ik later samen gebracht met twee mimers. Alle drie hebben we ons eigen verhaal over de angst om lichamelijk contact met mensen te hebben om wie je geeft. Hoe doe je het? Wanneer doe je het? Ga ik mee met de gewoontes van anderen? Geef ik bij elke ontmoeting een knuffel? Wanneer leg ik een hand op iemands schouder? Hoe laat ik iemand weten dat ik om hen geef? Wat zijn mijn eigen behoeftes bij lichamelijk contact met hen? Hoe ga ik daar mee om?
Dit waren de vragen die we ons zelf stelden. We zochten deze vragen op met behulp van een kostuum dat de mimers fysiek met elkaar verbond. We zochten naar hun fysieke taal en grenzen en probeerden zo met elkaar te communiceren.
Het kostuum reageerde op hun beweging en zij reageerden op de beweging en geluid van het kostuum. De vorm van het kostuum werd door hen bepaald en maakte een rustgevend ratelend geluid bij elke beweging.
thuis
Ik ben bij dit werk van start gegaan met het gedicht ‘Thuis’ van Ellen Deckwitz.
Met deze twee zinnen ben ik verder gegaan:
‘De muren van onze schuilplek zijn poreus geworden. In een lockdown ben je alleen nog letterlijk thuis, niet meer figuurlijk’
‘Een thuis is ook altijd een soort fictie en ik ben een schelpdier, ik draag mijn huis altijd bij me.’
Geur zit voor mij heel erg aan thuis verbonden. Elke plek of situatie die voor mij als thuis voelt heeft ook een geur. Ik ben gaan onderzoeken welke geuren dit zijn. Mijn ingekookte geuren ben ik gaan mengen tot thuis geuren, en stopte ze in potjes.
Wat is een poreuze muur? Waar voel ik me vrij en voel ik de ruimte om thuis te zijn? En in wat voor ruimte voel ik me benauwd en onveilig? Naar deze plekken droeg ik mijn geurenpotjes mee om dit te onderzoeken.
Bij binnenkomst zie je een mooi rustgevend beeld, je ruikt een geur die voor mij een combinatie is van al mijn thuisgeuren. Wat voor gevoel roept dit voor een ander op? Je voelt een zacht briesje en warmte over je huid naarmate je dichterbij loopt. Er is je verteld door de gang te lopen. Het is zo smal dat je de verdroogde takjes hoort kraken en met je kleding langs oude schillen loopt. Het is krap en de lamp wordt heet op je huid. Je ziet vreemde voorwerpen, een knuffel, een zwembril. Je bent er doorheen gekomen en je gaat op de grond liggen. De warmte wordt weer zachter op je huid. Je kijkt naar boven en ziet een lichte kwetsbare ruimte. Het doek waait kalmpjes heen en weer. De geur komt weer onder de aandacht.
touch me costume
Opera Forward Festival, Muziektheater Amsterdam, 11-3-2022
I.s.m. Toni Kritzer, Wessel Padber, Hiske krammer, Petra Cini, Tessel ruitenbeek en Beer Crolla
Ontwerp lijsttheater 24-12-2021
Uitvoering als Bauprobe in grote zaal vlakke vloer ATD
in samenwerking met opleiding mime van ATD
Onderzoeksproject radicaal denken 24-10-2021
Uitgewerkt als installatie binnen school
Met dank aan: Eveline van Leeuwen en Joris van de Langkruis
Doorlopend onderzoek vanuit van uit touch me in vorm van kostuum 21-4-2022
In samenwerking met mime jaar 2 ATD: Julius Schraven en Balthazar Glotain
Teatrale installatie in ATD gang 21-6-2021

foto's: Robert van der Ree
foto: Robert van der Ree
foto's: Robert van der Ree